Messemaker KNSB team-1 gesneuveld

(door Albert Segers)

Op zaterdagmiddag 23 maart was het “do or die” voor het 1e KNSB team van Messemaker in de eigen arena. Bij binnenkomst sprak ik “Zij die gaan sterven groeten elkaar” als vrije vertaling van de beroemde Latijnse zin “Ave Caesar, morituri te salutant” die de gladiatoren de keizer toeriepen als zij de arena betraden voor een strijd op leven en dood. Als ze de strijd verloren en nog in leven waren, dan besliste een handgebaar van de keizer of hun leven gespaard bleef of niet. We speelden tegen Amsterdam Berserkers, een ploeg die met twee vingers in de neus kampioen zou moeten worden, maar dit misschien toch gaan mislopen omdat ze een paar keer niet op hun sterkst opkwamen. Nou, tegen ons wel dus: 7 spelers met een rating van minimaal 2250 en (veel) hoger waaronder twee IM’s. En ze hadden hun leeftijd mee, de meesten waren tussen de 26 en 30 jaar oud. Het is een vriendenteam, de vereniging van 15 leden is ruim 4 jaar geleden opgericht. Ze kennen elkaar van jeugdtoernooien en NK deelnames. Hele aardige gasten moet ik zeggen. Door corona hebben ze tot nu toe nog maar twee volledige competities kunnen spelen. Ze moesten in de 4e klasse KNSB beginnen. Vervolgens twee keer gepromoveerd, dit seizoen misschien ook weer. Zelf hadden wij elk match- en bordpunt hard nodig om dit seizoen te overleven in de 2 e klasse met versterkte degradatie. En we misten helaas onze IM Peter Scheeren, die andere schaakverplichtingen had.

Op bord 1 t/m 3 konden Albert, Rob en Bernard het niet bolwerken tegen hun tegenstanders met een ratingverschil van minimaal 250 punten. Rob moest het zelfs opnemen tegen IM Miguoel Admiraal (2476). Rob en ik hadden eigenlijk dezelfde ervaring: toen de tegenstander na afloop aangaf wat we beter hadden kunnen doen, dan lijkt het schaakspel opeens heel eenvoudig. Maar achter het bord … een heel ander verhaal!

Rob speelde het met wit actief en voortvarend met een mooi paard op f5, maar ging uiteindelijk toch ten onder aan een structureel nadeel. Een ingesloten loper op c1 deed niet mee en Rob werd daarna kapot gespeeld op de zwarte velden. Zelf was ik (Albert) met zwart niet ontevreden na een snelle dameruil op zet 7 door wit. Maar vervolgens wist ik de examenvragen van mijn tegenstander niet goed te beantwoorden. Onder druk gezet overzag ik kwaliteitsverlies en toen was de partij in hogere zin al verloren. De tegenstander van Bernard (zwart op bord 3) speelde gewoon origineel en sterk in een scherpe Siciliaan. Bernard speelde wat ongelukkig met zijn stukken en toen was zijn tegenstander veel sneller in de aanval. Kortom: een duimpje omhoog van de keizer voor Rob en een duimpje naar beneden voor Bernard en Albert.

Op bord 5 had Peter Ypma met zwart na 5 zetten exact dezelfde, vrij ongebruikelijke, stelling als Albert. Dat viel iedereen op. Wat ook wel bijzonder was hieraan: Peter staat bekend als non- en Albert als pro-theoreticus. Voer voor schaakfilosofen … De tegenstander van Peter koos niet voor dameruil, maar speelde het nogal scherp. Het werd een boeiend gevecht waarin Peter lange tijd duidelijk voordeel had. Maar na één mindere zet werden de ver opgerukte witte pionnen opeens wel erg gevaarlijk. De witspeler heeft meerdere winsten gemist, hij speelde toen ook al enige tijd op zijn increment denk ik. Op een gegeven moment had hij Peter vastgesnoerd in zijn gladiatornet, nu nog even de opening vinden voor de dodelijke steek: het dameschild afleiden en mat. Maar op
miraculeuze wijze wist Peter alle gevaar af te wenden en eindigde de partij in een zetherhaling.

In de Evengroen partijen sneuvelde er ook een kwaliteit. Maar hier waren het natuurlijk kwaliteitsoffers van onze roekeloze houwdegens. Jan hoopte een mataanval te kunnen opzetten maar dat werd deskundig gepareerd. De partij van Henk-Jan met wit tegen de andere IM Ilias van der Lende (2387) was zeer dynamisch. Een mooi gevecht met tegengestelde rochades, waarin Henk-Jan een behoorlijke druk ontwikkelde tegen de zwarte koningsstelling. Maar de IM gaf geen krimp en verzilverde na een reeks nauwkeurige zetten zijn materiele voordeel.

Erik (zwart op bord 7) verloor wat ongelukkig denk ik. Na een ongebruikelijke opening ging het lange tijd gelijk op, al stond wit ietsje beter. Maar er was echt een blunder nodig om wit het punt in de schoot te werpen.

En wie was als laatste nog bezig? Onze Ed natuurlijk en ook nu wist hij een overwinning te boeken, waarmee onze eer nog enigszins gered is. Zondermeer een verdiende overwinning met goed spel tegen de enige tegenstander met een rating onder de 2250.

Dus een nederlaag met 1,5 – 6,5 die vooral hard aankomt omdat dit de degradatie min of meer bezegeld heeft. Onze concurrenten voor de 6e plaats zijn Sliedrecht en Leiderdorp. Hiervan is Sliedrecht nog in te halen, maar Leiderdorp alleen als we daar in de laatste ronde met 7-1 van winnen. En dat is gewoon niet realistisch.

De stand en de detailuitslagen zijn te vinden op de KNSB-website (klasse 2B, even naar beneden scrollen voor de gedetailleerde uitslagen).

Messemakers 1e RSB-team verliest ruim van RSR Ivoren Toren

(door Auke Wilming)

Op vrijdagavond 15 maart reisde het 1 e RSB-team af naar Rotterdam voor de wedstrijd tegen RSR Ivoren Toren. Nadat het eerste succes binnen was gehaald in de vorm van een parkeerplek betraden wij de knusse speelzaal. Na de nederlaag tegen Overschie was het kampioenschap eigenlijk al uit zicht, en een nederlaag vanavond zou ons definitief veroordelen tot de middenmoot, of erger.

De meeste spelers waren zo lief om een verhaaltje op te sturen; hieronder staan ze op bordvolgorde:

  1. Henk-Jan:
    Met wit kwam ik al snel op onbekend terrein. Hierbij moest ik de keuze maken voor een veilige keuze, waarbij de stelling snel zou vervlakken, of een wat strategische ongelukkige zet e4, waarbij de stelling wel interessant was. Uiteraard koos ik voor de laatste optie. Ik kwam wat minder te staan, maar mijn tegenstander kon hier niet echt van profiteren. Uiteindelijk kon ik mijn stukken toch wat verbeteren, waardoor ik weer aan winst kon gaan denken. Mijn tegenstander trok tijdig aan de noodrem, waardoor een gelijk eindspel ontstond waarbij beiden geen fouten meer maakten.
  2. Jan:
    Studie heeft zin! Met zwart op bord 2 speelde ik tegen Paul Batenburg. Paul offerde in een moderne Franse variant een pion voor compensatie en mogelijkheden voor koningsaanval. Één keer eerder heb ik dit systeem tegen me gehad en toen werd ik er genadeloos afgezet. Door studie na deze bewuste partij kon ik nu een betere voortzetting doen. Lange tijd van de partij tegen Paul heb ik onder druk gestaan maar uiteindelijk heeft wit de pion niet meer teruggezien. Een koningswandel van f8 naar b8 was nodig om het voordeel te verzilveren.
  3. Erik:
    Op weg naar huis vertelde Erik mij over zijn partij, dit denk ik er nog van te weten: In de opening werd Erik ietwat verrast door zijn tegenstander en op een gegeven moment zag hij zich gedwongen een kwaliteit te offeren. Hierna vocht hij nog lang in het eindspel, maar het mocht uiteindelijk niet baten: 0-1.
  4. Bernard:
    Op het vierde bord mocht ik het met de zwarte stukken opnemen tegen Mark Beijen. In een opening waar wit direct het centrum met zijn pionnen bezet, was het mijn taak om dat aan te gaan tasten met stukken die wat actiever zouden moeten worden. Dit pakte ik echter verkeerd aan waardoor mijn potentiële actieve stukken eerder prooien werden voor de witte stelling, waar de stukken wel op een logische manier samenwerkten. Door een pion en een kwaliteit te offeren (wat ook redelijk noodgedwongen was) dacht ik wat tegenspel te kunnen creëren. Dat lukte aardig en ik kreeg lichte hoop omdat Mark op dat moment heel weinig tijd over had. Echter had ik bij lange na niet genoeg compensatie en dat liet Mark met 15 seconden per zet in mijn beleving akelig nauwkeurig zien. Toen er uiteindelijk wat stukken werden geruild was alle hoop verdwenen en was het een paar zetten later ook daadwerkelijk mat.
  5. Sjoerd:
    De eerste twee zetten van mijn tegenstander waren d7-d6 en d6-d5. Zoiets kan niet goed zijn, zou je denken, maar toch kwam ik moeizaam uit de opening. Met licht nadeel kreeg ik een remiseaanbod van mijn tegenstander. Een blik op de andere borden liet zien dat we een moeilijke avond speelden en ik besloot daarom om door te spelen. Na een onnauwkeurigheid van mijn tegenstander won ik een kwaliteit voor een pion en kon ik nog voor de winst proberen te spelen. Maar meer dan remise zat er niet in.
  6. Auke
    Ikzelf speelde met zwart een matige partij tegen Tjerk Tinga. Al uit de Engelse opening stond ik ietsje beter, maar dat voordeel kon ik niet behouden. Na een pionoffer hoopte ik een koningsaanval in te kunnen zetten, en die zag er inderdaad veelbelovend uit. Objectief was de stelling -0,.4, dus zoveel was er niet aan het handje. Mijn dameoffer kwam dan ook iets te vroeg, en een zet later kon ik opgeven.
  7. Scott
    In Scotts partij werden er al snel veel stukken afgeruild, en ik had het idee dat hij ondanks het loperpaar ietsje slechter stond in het eindspel, door dubbele pionnen. Dit wist hij toch netjes remise te houden.
  8. Jeroen
    Jeroen gaf mij zijn notatiepapiertje mee, en na de partij te bekijken kan ik beamen wat hij er al over zei: ‘Nee, dit was niks.’

Een zwaar teleurstellende avond dus, met als enige lichtpuntje de overwinning van Jan. Na afloop was er berusting onder de spelers, het was simpelweg niet onze avond. De terugreis met Erik en Bernard was niet eens onaangenaam, hoewel wij allen een nul hadden genoteerd.
Op 8 april spelen wij weer, dan thuis tegen koploper Krimpen a/d IJssel.

Onverwacht gelijkspel van Messemakers 2e RSB-team tegen koploper

(door Wibo Bourguignon)

Maandag 11 maart moesten wij aantreden tegen koploper WSV/Internos 1. Zij hadden alles gewonnen en wij stonden op de 7e plek. Na zo’n 2 uur spelen keken bij tegen een achterstand van 1,5-2,5 aan. Vervolgens won Albert-Jan, speelde Rob remise en moest Zoran de koning omleggen na een moeilijk eindspel met ongelijke lopers. 3-4. En toen werd op bord 8 in de tijdnoodfase door Ruud gevochten voor het laatste punt. Het waren bloedstollende 20 minuten. Vrijwel alle spelers stonden om Ruud en Albert Prins heen. Probeer dan maar eens het hoofd koel te houden. Maar dat lukte Ruud, hij haalde het volle punt binnen waardoor we zowaar gelijk speelde tegen de koploper. Het illustreert ook weer eens dat de krachtsverschillen klein zijn in deze klasse. Onderstaand enkele partijverslagen.

Rob (bord 1)

Ik speelde op bord 1 met zwart, hij speelde het Morra gambiet vertraagd (met eerst Pf3 en daarna pas c3). Ik kende de opening beter dan hij,  bleek. Na zet of 10 had hij een half uur nagedacht en ik enkele minuten. Dat haalde ik weer in bij een beslissing mijn geofferde pion terug te nemen of te spelen op ontwikkeling. Ik koos na 25 minuten denken voor het eerste waar ik tijdens de partij ontevreden over was, maar waarvan de computer zegt dat het goed is. We kwamen in een rustig eindspel terecht waarbij ik mijn voordeel door wat mindere zetten weggaf en zelfs nog even moest oppassen. Maar nergens werd de remisemarge overgegaan dus remise was de terechte uitslag.

Bert (bord 3)

Met zwart kwam ik in een gambiet van de Franse opening die ik niet kende. Volgens Fritz speelde ik de opening goed, maar op de twaalfde zet ging ik riskant door. Mijn intuïtie zei me dat de zet niet goed was, maar ik zag niet in waarom. Dat maakte mijn tegenstander mij op de 14e zet duidelijk. Mijn zwakke antwoord op deze zet deed me de das om en kon ik de koningsaanval niet doorstaan. Op de 25e zet was het afgelopen. In het vervolg toch maar meer op mijn intuïtie vertrouwen? Maar in ieder geval fijn dat we als team een punt hebben binnen gesleept.

Wibo (bord 5)

Mijn tegenstander speelde met wit een opening die ik ook regelmatig speel, maar met een gefianchetteerde loper op g2. Lange tijd ging het gelijk op, maar vanaf de 16e zet kreeg mijn tegenstander stapje voor stapje meer voordeel met zijn pionnenaanval op mijn koningsstelling. En zoals zo vaak leiden onder grote druk kleine onnauwkeurigheden uiteindelijk tot verlies. Ik wist nog wel mat af te wenden, maar dat ging ten koste van twee verbonden vrijpionnen. Vervolgens gaf ik zomaar nog een stuk weg. 0-1. Maar het was wel leerzaam om ‘mijn’ opening eens met zwart te spelen.

Zwarte dag voor 2e KNSB-team van Messemaker

(door Jeroen Eijgelaar)

Het 2e KNSB-team is onverwachts tegen de eerste nederlaag van dit seizoen aangelopen. In de voorlaatste ronde heeft het team met 5-3 verloren  van De Volewijckers 1. We waren nog in de race voor het kampioenschap, maar daarvoor moest er wel gewonnen worden, en het liefst met grote cijfers. Het verliep echter anders en de kampioensaspiraties kunnen weer de koelkast in.

Op 29 januari was er reeds een partij vooruitgespeeld, welke helaas verloren was gegaan. Zie ook het verslag en foto’s op de website van De Volewijckers.

Op de wedstrijddag zelf konden we – na enige discussie over de nieuwe ratings, waar alle spelers onder de 2000 Elo een rating-boost hebben gekregen – met 7 man en een 1-0 achterstand vetrekken naar Amsterdam-Noord, de verste uitwedstrijd dit seizoen. Met een klein beetje file kwamen we toch op tijd aan bij de speelzaal. We kwamen aan in een rustige rustieke buurt, waar je niet meer het idee hebt dat je in Amsterdam bent.

Vooraf werd er nog rekening gehouden met een overwinning, we hadden tenslotte een ratingoverwicht op de meeste borden. Het liep echter anders. Al vrij snel moesten we vrezen voor een nederlaag en konden alleen nog maar hopen op een gelijkspel, welk er uiteindelijk ook niet in zat. Het werd een zwarte dag met maar liefst 5 overwinningen voor zwart.

Bij Ivar ging het mis nadat hij pardoes een toren inleverde. Met twee pionnen meer probeerde hij het nog wel, maar het mocht niet meer baten.

Met de twee remises van Raphaël (pion meer) en Jasper (na diverse offers uiteindelijk een loper voor 3 pionnen) stonden we dus al 3-1 achter.

Sjoerd trok in een gelijkopgaand eindspel de partij naar zich toe door actiever met de stelling om te gaan.

Frans verloor een belangrijke a-pion en toen de opmars niet meer te stoppen was ging de partij verloren. 4-2 achter.

Met zwart had ik (Jeroen) extra suikerklontjes meegenomen voor mijn paard van g8, 17 zetjes gedaan van de totaal 54 (zie diagram). Als octopus op d3 onderweg 2 pionnen verorberd en dameruil afgedwongen: Ph6-f7-e5-c6-a5-b3-c5-d3-xb2-d3-xDc5-d3-f2-e4+-xc3-b5-a7.

Kees tenslotte bepaalde de eindstand op 5-3. Een pion méér voor een kwaliteit achter was nog onduidelijk, in het diepe eindspel ging de partij alsnog verloren.

Wijziging in KNSB-ratings en Jeugdratings per 1 maart 2024

Met ingang van 1 maart 2024 zijn de Fide-ratings tussen de 1000 en 2000 gewijzigd met de formule: nieuwe_rating = 0,6 * huidige_rating + 800 waardoor de nieuwe ondergrens 1400 wordt.

De ratingcommissie van de KNSB heeft besloten om dezelfde wijziging toe te passen op de KNSB-ratings. Daarnaast worden alle KNSB-ratings die lager waren dan 1000  verhoogd met 400. Dit geldt ook voor de jeugdratings.

De nieuwe ratings per 1 maart 2023 van de Messemaker-leden zijn op deze pagina te vinden.

Persbericht: Primeur voor Messemaker 1847 met nieuw programma “Jouw Eerste Zet”

Schaakclub Messemaker 1847 uit Gouda is de eerste schaakclub in Nederland die, in samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Schaakbond (KNSB), het nieuwe schaakprogramma “Jouw Eerste Zet” lanceert. Het programma is ontwikkeld om de startende schaker op een zowel laagdrempelige als competitieve manier kennis te laten maken met de schaaksport. Het programma start op 18 maart en kent 6 unieke speelavonden tot en met 29 april. De eerste zet naar toegankelijkheid en plezier in schaken.

“Jouw Eerste Zet” speelt in op de behoefte van de startende schaker, die enerzijds het menselijke contact bij online schaken mist, maar anderzijds een hoge drempel ervaart om te starten bij een schaakclub. “Jouw Eerste Zet” biedt deelnemers een serie van zes boeiende schaakactiviteiten, met als doel een positieve en verrijkende schaakervaring te creëren. De activiteiten variëren van trainingscomponenten tot competitief spelen, waardoor deelnemers niet alleen te maken krijgen met diverse tegenstanders en schaakvormen, maar ook de kans krijgen om hun vaardigheden te verbeteren door middel van training en analyse met ervaren schaaktrainers.

Toegankelijkheid staat centraal. Niet alleen de inhoud van het programma, maar ook de daarbij behorende investering is erop gericht om het voor zoveel mogelijk mensen toegankelijk te maken. Met een deelnameprijs van slechts €19,50 voor de 6 avonden, streeft de KNSB ernaar om de schaaksport dichter bij de geïnteresseerden te brengen. “Hiermee bouwen we een brug tussen de beginnende en/of online schaker en de schaakverenigingen in Nederland.”, zegt Eric van Breugel, Coördinator Breedteschaak bij de Schaakbond.

Hoe doe je mee? Inschrijven is eenvoudig: deelnemers kunnen zich aanmelden via startmet.schaken.nl. Het programma moedigt alle schaakliefhebbers aan om hun eerste zet te doen. “We nodigen iedereen uit om op laagdrempelige wijze onze mooie sport te ontdekken.”, aldus Van Breugel.

Nagekomen verslag: Pascal 1 – Messemaker 2 (RSB-competitie ronde 4)

(door Zoran Zekusic)

Dinsdag 06 Februari 2024. Na een korte zoektocht is het gelukt om een team samen te stellen voor de uitwedstrijd tegen Pascal 1 in Papendrecht. Tegen de harde wind in en tussen de buien door op naar Papendrecht tegen een sterke tegenstander die op nummer 2 stond. Alle informatie die we hadden over Pascal had geen invloed op ons enthousiasme.  
Na ongeveer een half uur in de auto kwamen we op onze bestemming. Na een korte pauze konden we beginnen, het was acht uur. 

Om 20:30 uur hadden we ons eerste punt al binnen. Onze invaller Johan, wonderkind van de externe competitie, wist met de Weense opening in 14 zeten een punt voor ons binnen te halen. 

Op bord 8 had onze speler moeite met de opening en dat was zichtbaar bij het gezicht van Ruud. Hij deed alles op alles om de slechte opening recht te zetten, maar het was snel zichtbaar dat Ruud zijn koning moest neerleggen. Stand 1-1,

De eerste twee borden, met Frank op bord 1 en Leslie op bord 2, hebben lang
gestreden om punten binnen te halen. Bij Frank was het niet gelukt, maar Leslie wist de stand weer in balans te brengen. Stand 2-2.

Bert stond goed na de opening, maar zijn tegenstander wist de verdediging te breken en Bert moest zijn koning neerleggen. Stand 2-3.

De borden 5 (Eelco Naarding met de witte stukken) en 6 (Zoran met de zwarte stukken) hebben een lange strijd gestreden. Eelco kwam met winst uit een mooie combinatie en bracht de stand naar 3-3. Wat Eelco wel lukte is Zoran na een lange strijd niet gelukt. Hij had initiatief en aanval, maar maakte een grote fout. Opgeven was voor Zoran de enige optie en het team stond zodoende weer een punt achter (3-4).

Ivar speelde op bord 4 een lange partij. Met één minuut op de klok en twee lopers tegen de koning in het voordeel van Ivar waren de druk en de snelheid te groot voor hem en werd de partij remise na meer dan 80 zetten.  Aldus ging de wedstrijd met minimaal verschil verloren.

Zie hieronder de partijen van Johan Slobbe en Leslie Tjoo.

Johan Slobbe (bord 7)
Op inhuurbasis kon ik op positie zeven het veld betreden. 

1. e4 e5 2. Pc3 Pf6 3. f4 Pc6!?

De opponent doorzag niet dat er zo vroeg een probleem kon ontstaan. “Je gaat het pas zien als je het door hebt.”

4. fxe5 Pxe5 5. d4 Pg6 6. e5 Pg8 

Het paard moet terug in de stal en ik heb een flinke voorsprong in ontwikkeling. “Kijk, als ik
iets eerder begin te lopen dan een ander, dan lijk ik sneller.”

7. Pf3 c6 8. Lc4d5 9. exd6 Dxd6 10. 0-0 Pf6 11. Pg5 

“Er is nu eenheid, iedereen doet in principe wat ik vraag. Het zijn namelijk geen Hollanders,
die als je begint met ademhalen al zeggen: ja maar…”

11… Lg4 !?

Mijn opponent dacht: “Je kunt beter ten onder gaan met je eigen visie dan met de visie van
een ander.”

12. De1+ Le7 13. Lxf7+ Kd8 14. Lxg6 1-0

Handdoek in de ring. De strijd tussen de twee Johans eindigde in 14 zetten. Toeval is
logisch.

Leslie Tjoo (bord 3)

1. d4 e6 2.c4 f5 3.Pc3 Pf6 4.Lg5 Le7 5.e3 d6 6.Pf3 0-0 7. Dc2 De8 8.Ld3 Pc6
9.a3 a6 10.0-0 Dh5 11.d5 Pe5 12Pxe5 dxe5 13.Lxf6 Txf6 14.b4 Th6 15.h3 Dg5
16.Kh2 e4 17.Le2 Ld6+ 18Kh1 exd5 19.Pxd5 f4 20.exf4 Lxf4 21. Pxf4 Dxf4 22.Dc1 De5

Met zwart kwam ik vrij goed uit de opening. Ik kreeg aanvalskansen die ik echter
niet optimaal benutte, maar ook mijn tegenstander wist niet steeds de beste
verdediging te vinden. Op de 23 zet ontstond onderstaande stelling :

Wit speelde hier 23.f4? en na 23…. exf3 24. Lxf3 zag ik mijn kans schoon en
speelde 24…. Lxh3!

Wit antwoordde met 25. Ld5 +? ( mijn oude Fritz 6 geeft aan dat 25.Dxh6 de beste zet
is, maar zwart houdt dan nog steeds duidelijk voordeel), waarna ik met 25… Le6+ het
schaak met een aftrekschaak kon blokkeren. Na 26. Kg1 speelde ik 26…. Lxd5 ( 26…. Dh2+ is direct winnend, liet Fritz achteraf zien) en na 27. cxd5 Dd4+ 28. Tf2 Tf8 29. Ta2 Thf6 kwam de volgende stelling op het bord:

Hier speelde mijn tegenstander 30. Td2? en na 30… De3! was het uit. Zwart wint nu
minimaal een toren:

  • Na 31.Db2 wint zwart met 31… De1+
  • Na 31. Df1 wint zwart met 31… Dxd2!

Maar ook na 30. Dd2 (volgens Fritz de beste zet) ruilt zwart alle stukken en is het
eindspel met een pion meer op de koningsvleugel en de zwakke witte pion op d5
gewonnen voor zwart.

Wit probeerde nog 31. Dc4, maar na 31… Txf2 32. d6+ T2f7+! verloor wit ook zijn
tweede toren. Mijn tegenstander gaf toen na enige tijd dan ook op.

Opmerkelijk is dat in deze partij wit twee keer schaak gaf dat ik beide keren met een aftrekschaak kon beantwoorden en daarna duidelijk in het voordeel kwam!