Messemaker KNSB-team 1 wint degradatiekraker tegen Overschie 1

(door Auke Wilming)

Vorig seizoen deden wij in de KNSB-competitie tot het einde van het seizoen mee voor promotie naar de 2e klasse, maar dit seizoen is promotie wiskundig al bijna onmogelijk. In plaats daarvan zijn we na drie nederlagen veroordeeld tot degradatievoetbal. De jaarlijkse ontmoeting met Overschie was een belangrijke om uitzicht op de veilige plekken te houden. Hieronder op bordvolgorde een verslag van de partijen.

Jeroen speelde op bord 8 mee als invaller en dat deed hij uitstekend. Met zwart kwam hij al
redelijk snel in een eindspel terecht waar hij met zijn geïsoleerde d-pion alleen kon
afwachten. In onderstaande stelling speelde hij Le8-d7-e8-d7-e8! Even later bood zijn
tegenstander remise aan en dus hielp Jeroen ons al voor de 2e keer dit seizoen succesvol uit de brand.

Rob speelde op bord 7 en dat werd een frustrerende middag, waar hij wel een puik verslag
van wist te maken:

‘’We hadden het er in de auto nog over gehad: sla niet met de dame op b2, ook al is het goed. Was het toeval? Ik kreeg in de partij de gelegenheid om dit eens te laten zien. Ik speelde in deze stelling e3, zo toelatend dat zwart Db4+ en Dxb2 zou kunnen doen.

Ik heb snelle ontwikkeling en veel spel voor de pion. In de analyse achteraf bleek dat mijn (overigens sympathieke) tegenstander erg veel waarde aan een pion vóór hechtte. In analysestellingen waar ik op diverse manieren zou kunnen winnen, was het ‘ja maar ik sta nog een pion voor’. In het verloop van de partij liet hij de dame op de damevleugel staan en kwam daarmee in de problemen. Zie het volgende diagram.

De stelling na 14… c5 15. e5. Zwart speelt nu 15…dxc4 om het paard naar d5 te kunnen brengen, maar verliest hier een stuk: 16. Pxc4 Pd5 17.Ta3 (zie volgende diagram)

na 17. …Db4 18 Txa6 speelde zwart 18…b5. Hier had ik gewoon Pd6 kunnen spelen en dan
had ik probleemloos een vol stuk voor gestaan. Maar ach, ik wilde het weer eens mooi doen
met een tussenzet 19. Tb1? Waarna zwart het logische 19,,,Pc3 speelde en ik niets beters wist dan de kwaliteit terug te geven met 20. Txb4 Pxe2+ 21.Lxe2 bxc4. De computer geeft mij nog steeds een plus van 2.3, maar zwart heeft nu wel weer spel. Ik speelde het verder niet goed waardoor mijn voordeel slonk als sneeuw voor de zon. We speelden in tijdnood nog 20 zetten verder tot hij remise aanbood in de volgende stelling:

Ik zag niet hoe ik mijn twee zwakke pionnen (d4 en f2) zou kunnen blijven verdedigen.
Remise leek mij ook prima gezien de stand in de match, dus nam ik het aanbod aan. Nu thuis zie ik dat de computer mij nog steeds een voordeel van +1.5 geeft. Achter het bord was ik minder zeker. Mijn tegenstander vond dat hij minder stond. Dat had hij dan wel weer goed gezien.’’

Een beetje een spoiler in de laatste alinea, maar het leek inderdaad de goeie kant op te gaan. De volgende twee borden hadden inmiddels namelijk al gewonnen.

Op bord 6 was Sjoerd als eerste klaar. In een Siciliaanse opening ging zijn tegenstander al
snel enigszins de mist in en kon zwart b2 slaan. De koning vluchtte naar d2 en dat leek mij
niet echt speelbaar. Dat bleek, want vier zetten later gaf wit op. Sjoerd won ook al zo snel in
de RSB, heeft nu 2,5 uit 3 in de KNSB en is op koers voor een welverdiende 2000-rating.
Lekker!

Kees speelde op bord 5:

‘’De cruciale stelling van mijn partij na de 21ste zet Dd1-h5.

De opening behandelde ik wat slordig. Het gevolg was dat zwart kans zag mijn e-pion te
veroveren. Dat ging ten koste van een verzwakking van de zwarte koningsstelling, maar dat had niet fataal hoeven af te lopen als zwart zich hier met 21…De7 had verdedigd met nog steeds een klein voordeel. Zwart ging hier de fout in met 21…dxe5? waarna het snel mis ging na 22.Dg6+ Kh8 23.Dxh6+ Kg8 24.Txe1.’’

Op bord 4 speelde Jan met zwart een interessante partij. Wit probeerde de ontwikkeling van de witveldige loper te frustreren met het antipositonele f4-f5. Ik was hier vanaf de zijkant best van onder de indruk, maar uiteindelijk wist Jan af te wikkelen naar een eindspel van elk toren en loper met 4 pionnen. Jan kon de pionnen aan de dameszijde amper dekken en ik vreesde het ergste. Maar hoe hij het deed, deed hij het, en Jan wist af te wikkelen naar een stelling met enkel twee pionnen aan de koningszijde. Gezien de situatie op de andere borden speelde zijn tegenstander hier toch door, en dat kwam hem bijna duur te staan. Jan wist een pion te winnen, maar toen na de lopers ook de torens werden geruild, kon zwart zijn koning niet meer van de h-lijn bewegen door de horizontale oppositie van de witte koning. Een zwaarbevochten remise dus, na een sterke verdediging in een lastige stelling van Jan.

Ikzelf speelde op bord 3 met wit tegen de erg sterke Quirinius van Dorp. Hij koos voor een
zijvariant van de Ruy Lopez en het werd een complexe partij. Eenmaal in het middenspel speelde ik na een half uur nadenken 14.Ph4, mede mogelijk gemaakt door de toren op a4
(bijvoorbeeld 14…Pxe4 15.Pxe4 Dxh4 16.d5 Pe7 17.Pxd6 en wit wint).

Ook mijn tegenstander ging nu de denktank in en kwam op 14…Tb8, om in een aantal
varianten de b7-loper verdedigd te hebben. Achter het bord hoopte ik een aanval te kunnen
laten slagen met zetten als Df3 en Pf5, maar dat sloeg niet echt door. Ondertussen had zwart nog maar 8 minuten voor de laatste 21 (!) zetten, en dat gaf de doorslag. Ik wist na een aantal fouten over en weer de f-lijn te openen en dan werken de offers wel.

Wit wint, hoe? Overigens is dit de hoogste rating die ik ooit heb verslagen!”

Scott speelde op bord 2 en stond opmerkelijk passief, met een dame op a7, het paard nog op b8 en de toren op a8. De aard van de stelling was echter zo dat wit niet veel kon forceren met zijn meer ontwikkelde stukken. Enige tijd later wist Scott dan ook zijn stukken te mobiliseren en leek hij de beste troeven te hebben. Helaas zag hij een dame-offer over het hoofd, waarna wit domineerde met een loperpaar en en toren tegen een dame. Daar was geen beginnen meer aan. 1-0.

Peter speelde op bord 1 en schreef daar het volgende over:

‘’In mijn partij (een Réti-opening) wist ik in de opening snel de opmars b2-b4-b5 door te
zetten, waarna het zwarte paard van c6 naar d8 terug moest en de loper van c8 lange tijd
opgesloten bleef. Ik verzuimde echter om de manoeuvre Pc3-a4-b6 uit te voeren, omdat ik die loper van c8 minder waard vond dan mijn paard. In plaats daarvan gebruikte ik zeeën van tijd (mijn tegenstander trouwens ook, maar wel iets minder), waardoor ik de laatste 25 (!) zetten in hevige tijdnood verkeerde, terwijl mijn tegenstander hevig tekeer ging op mijn
koningsstelling. Wonder boven wonder wist ik er ongeschonden vanaf te komen en kort na
zet 40 werd de vrede getekend, waarmee de teamoverwinning formeel een feit was (hoewel intussen wel duidelijk was dat Jan niet meer kon verliezen en dus was de teamwinst eigenlijk daarvoor al bekend). ‘’

Wij winnen deze vier- of zespuntenwedstrijd dus! De rest van het seizoen hebben wij nog een hoop werk te verzetten, maar we zijn in ieder geval van de nul af. Op 13 december spelen we weer een belangrijke wedstrijd, dan uit tegen RSR Ivoren Toren.

Zie ook het verslag van Overschie van deze wedstrijd.

Volg ons of deel dit bericht via:

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *