KNSB-team 1 wint opnieuw en staat nog steeds derde

(door Peter Scheeren)

Op 1 april moest Messemaker 1 aantreden in en tegen Rijswijk De beide Evengroenen moesten verstek laten gaan, maar dat konden zij met een gerust hart doen omdat er voor het team – behalve de eer – niets meer op het spel stond (promoveren en degraderen kon niet meer). Dat laatste gold ook voor onze reeds gedegradeerde tegenstanders, die tot nu toe slechts één matchpunt hadden behaald.

Messemaker was dus favoriet, maar het had niet veel gescheeld of Rijswijk had één of twee matchpunten aan deze wedstrijd overgehouden. Het werd uiteindelijk 3,5-4,5 in het voordeel van Messemaker. Daarmee staat het team nog steeds derde op de ranglijst van Klasse 2C en met de wedstrijd tegen de nummer 2 (BSG) nog in het verschiet is zelfs een tweede plaats in de eindstand op papier nog haalbaar.

Voor de detailuitslagen zie de KNSB-website.

Het smalle pad naar winst voor Messemaker KNSB-team 1

(door Albert Segers)

Met Dordrecht troffen we op zaterdag 11 maart een underdog aan die flink van zich afbeet. Ondanks het grote rating surplus voor Messemaker was het een zware wedstrijd die maar net aan gewonnen werd. De rode draad in dit verslag zijn de geitenpaadjes naar winst en remise.

In mijn vorige verslag schreef ik dat toeval niet bestaat. Dat moest natuurlijk zijn “Toeval bestaat wel degelijk!”. Waren het de vorige keer opmerkelijke analogieën in de twee Segers partijen, deze keer was er een opvallende overeenkomst in de twee ‘Evergreen’ partijen. Zowel Jan als Henk-Jan offerde een volle toren, wat in beide gevallen niet helemaal correct maar wel effectief bleek. In hun geval kan er misschien een logische verklaring gevonden worden in de DNA overeenkomst. Maar ik zie wel een zorgwekkende progressie in het ‘risicobereidheid’ gen. Dat belooft wat als straks de derde generatie achter het bord gaat plaatsnemen …

Op bord 1 was er een korte maar hevige clash tussen de twee IM’s. Peter S. speelde met zwart tegen Mark Timmermans (2404). Hij wilde graag revanche voor zijn nederlaag (met wit) tegen Mark in de RSB-competitie van enkele maanden geleden. Deze keer had Peter zich wel voorbereid, maar na wits 4.h4!? bevond hij zich toch op onbekend terrein. Na ruim de tijd genomen te hebben voor de eerste 10 zetten (dat gold overigens voor beide spelers) was hij heel tevreden over de bereikte stelling. Maar toen speelde Mark een voor hem bekend – maar voor Peter verrassend – schijnoffer. De schade viel gelukkig mee, Peter kon direct daarna afwikkelen naar een ongeveer gelijke stelling, en op zet 23 werd de vrede getekend. Peter: “Ik was deze keer als allereerste klaar, voor mij een vreemde gewaarwording!”

In de partij van Frans op bord 7 (met zwart) tegen Piet Pluymert (1973) was er een spannend moment. Wit had een paard op e5 geposteerd en het is altijd een uitdaging hoe je zo’n sterke knol moet neutraliseren. De “oplossing” van Frans met 11…Pg4 was echter een blunder. Als wit direct 12.e4! had gespeeld, zou er in alle varianten door een dubbele aanval een stuk verloren gaan. Zijn tegenstander speelde het gelukkig pas één zet later en toen was door de tussentijdse ruil een cruciale dubbelaanval eruit gehaald. Frans vond trefzeker het oog van de naald en kroop daar opgelucht doorheen. Hierna werd het evenwicht niet meer verbroken. In de slotstelling stond Frans een fractie beter, maar gezien de stand op de overige borden was remise op dat moment een goed resultaat.

Jan speelde met wit weer een leuke Siciliaanse pot tegen ‘good old’ Joop de Jong (1925), waarin hij een duidelijke plus verwierf. En toen toverde Jan het “briljante” 19. Txa6?! op het bord. Echt een zet van Tal waarmee je de tegenstander het donkere bos inlokt en waarbij er slechts een smal pad voor één van de spelers overblijft om te overleven. Zijn tegenstander geloofde hem en dat leverde dus een gratis pluspion op in betere stelling. Aanname van het torenoffer zou betekend hebben dat zwart (na een combinatie van vier zetten diep) zijn dame moest geven (dat was mooi gezien van Jan!), maar daar zou zwart wel twee torens en een loper voor gekregen hebben. Met slechts twee pluspionnen van Jan daar tegenover geeft de computer het voordeel aan zwart. Maar zijn moed werd beloond en Jan haalde de buit bekwaam binnen.

Voor de partij van Erik aan bord 4 (met zwart) tegen Jacques Hennekes (2034) zou ik helaas letterlijk de tekst uit mijn vorige verslag kunnen kopiëren. Erik mist dit externe seizoen duidelijk zijn goede vorm. Ook nu kwam hij gewonnen te staan, maar het ging toch helemaal mis. Zijn tegenstander had wel wat dreigingen als compensatie voor twee pionnen achterstand, maar dat was normaliter geen probleem geweest. Erik had vooruitberekend dat zijn koning een vluchtveld had, maar dit bleek een geitenpaadje wat letterlijk doodliep. Zijn koning stond hierna klem en werd enkele zetten later alsnog gewurgd.

Albert beleefde een zeldzaam droomscenario. Met wit aan bord 6 tegen Roland van Keeken (2037) verkreeg hij na de opening een stelling waarin zwart geen tegenspel had en hijzelf wel een duidelijk plan had om verder te komen. Daar kwam nog bij dat zijn tegenstander heel lang nadacht (na 21 zetten nog 6 minuten op de klok). Met een pionnenstorm op de koningsvleugel werd weliswaar het ingesloten paard van zwart op h7 opgelost, maar daarmee kwam wel het schootsveld vrij gericht op de zwarte koning. Roland miste nog een geitenpaadje om de ergste schade af te wenden, maar zoals het ging was het na 31 zetten ondekbaar mat.

Het grote spektakelstuk tekende zich af op bord 3, waar Henk-Jan het met zwart opnam tegen Rik de Wilde (2188). What’s in a name!. In een obscure zijvariant van een scherpe opening ging het op een gegeven moment helemaal los! Hier geen subtiliteiten en smalle paadjes, maar woeste golven en baren in een moerasgebied waarin de vaste grond bezaaid lag met mijnen. Toen het mis dreigde te gaan besloot Henk-Jan tot een torenoffer wat hem zeker praktische kansen bood. Heel knap van beide spelers was dat ze lange tijd zetten bleven doen waarbij de computer waardering min of meer gelijk bleef (weliswaar in wits voordeel). En dat in zo’n scherpe en ingewikkelde stelling! Op een gegeven moment bezweek wit toch enigszins onder de druk en kwam Henk-Jan gewonnen te staan. Op zijn beurt haalde hij daar ook niet het maximale uit. Uiteindelijk resulteerde een dame eindspel waarin de materiele balans op wonderlijke wijze weer helemaal hersteld was! Remise was de uitslag waar beide spelers vrede mee konden hebben.

Op bord 4 sleepte Ed met wit een belangrijk punt binnen tegen John van de Laar (1800). Zijn eigen conclusies waren: “Mijn tegenstander speelde de opening te passief, waarna ik steeds het initiatief kon houden. Na dameruil won ik uiteindelijk een pion. Dat kon op 2 manieren, maar ik koos de iets mindere variant. Ook daarna maakte mijn tegenstander me het echter niet moeilijk. Leuk was nog wel mijn (hoewel niet nodig) loperoffer voor 1 pion. Daarna zou ik ook zijn 2 andere koningsvleugelpionnen hebben gewonnen, waarna ik altijd 3 verbonden pionnen tegen een paard had overgehouden. Mijn tegenstander deed echter nog iets slechters waarna hij het direct kon opgeven.”

Hiermee was de overwinning binnen. Als enige was Peter Y. nog bezig (bord 2 met wit) en die had het zwaar. In het middenspel had zijn tegenstander Lennard den Boer (2129) een stuk geofferd voor drie pionnen. Dit resulteerde in een stelling met T+L+P+4pi voor Peter, en T+L+7pi voor zwart. In eerste instantie beoordeelt de computer het als iets kansrijker voor wit, en zo schatte Peter het ook in. Echter één onnauwkeurige zet maakte de kansen al gelijk en daarna kwam zwart langzaam maar zeker beter te staan. De pionnenwals bleek heel moeilijk te stoppen. Het smalle pad werd onbegaanbaar en Peter kon op een gegeven moment alleen nog ademen door een rietje. Dat houd je niet lang vol natuurlijk en uit waardering voor het spel van zijn tegenstander liet Peter zich genereus mat zetten.

Door deze nuttige overwinning met 4½ – 3½ staan we nog steeds op een gedeelde derde plek, samen met het vermaledijde Sliedrecht (met clubgenoot Arjan van der Leij in de gelederen). Die blijven het goed doen! De onderlinge ontmoeting hebben we gewonnen en zij hebben een zwaarder programma voor de boeg. Dus dat moet goedkomen!

Foutenfestival nekt KNSB-team Messemaker-1

(door Albert segers)

In de uitwedstrijd van ons eerste KNSB team op zaterdag 11 februari tegen de Capelse SchaakVereniging, kwam de ontnuchterende waarheid weer eens aan het licht: “Schaken is een spel van fouten maken”. Partijen die verloren hadden moeten worden werden gewonnen of geremiseerd, partijen die gewonnen stonden werden verloren of verzandden eveneens in remise. Waarbij de eindbalans uiteindelijk in ons nadeel uitviel. De meeste partijen waren wel spannende en meeslepende gevechten. Met als uitzondering de wat technischer Segers & Segers partijen. Ja, toeval bestaat niet!

Laten we de borden maar eens langslopen. Gewapend met de computeranalyse kan deze kiebitzer rustig zijn genadeloze oordelen vellen …

Peter Y (bord 1 met wit) overzag of onderschatte (?) een sterke tussenzet van Jeffrey van Vliet (2381) en kwam een pion achter. De stelling was lange tijd verloren, maar in de tijdnoodfase miste Jeffrey op zijn beurt een mooie tactische wending waardoor Peter de pion terugwon en een duidelijk betere stelling overhield. Nog lang op winst gespeeld, maar toen de teamnederlaag een feit was berustte Peter in de remise (½-½).

Sjoerd (bord 2 met zwart) viel in voor Peter S (die helaas verhinderd was wegens ziekte) en mocht het opnemen tegen Leon Koster (2250). Dat beloofde dus een zware middag te worden voor hem. Maar Sjoerd speelde fris van de lever zijn eigen spel, een scherpe Siciliaan, en bood prima partij. Zijn tegenstander speelde het sterk, ging voor maximale activiteit tegen de zwarte koning in het midden. Hoewel de stelling met een witte dame tegen de twee torens van Sjoerd nog niet zo duidelijk leek, bewees wit uiteindelijk zijn gelijk (0).

Erik (bord 3 met wit) speelt een heel ongelukkig seizoen. Met wit gaat hij er altijd voor, in de scherpe hoofdvarianten. En zo hoort het ook, zeker op zijn leeftijd J. Deze middag kwam hij, dankzij sterke voorbereiding denk ik, totaal gewonnen te staan tegen Paul Schrama (2190) die ook goed op de hoogte was gezien zijn snelle spel. Op zet 16 offert zwart een kwaliteit, wat allemaal nog bekend is! Maar daarna gaat hij niet goed verder en komt Erik enkele zetten later met sterk spel totaal gewonnen te staan. En dan gaat het opeens mis: waar 24.De2 een stellingsvoordeel van +4.00 geeft, levert het gespeelde 24.Db3 slechts een voordeel van +0.60 op. Dat scheelt een slok op een borrel! Hierna ging het langzaam maar zeker bergafwaarts voor Erik. Helaas een harde en zure (0).

Op bord 4 zagen we ook een mooi en meeslepend gevecht tussen Henk-Jan (met zwart) en Mark Trimp (2135). Beiden deden niet voor elkaar onder in het wederzijds naar de keel vliegen op de koningsvleugel. Helaas zag Henk-Jan net even te laat de verraderlijke kracht van de manoeuvre Dd1-f3-h3 over het hoofd en moest spoedig de handdoek werpen (0).

Wim (bord 5 met wit) zie ik als de slapende schaakreus. Maar owee als je deze man echt prikkelt. Hij vond het prima dat Roel Trimp (2041) zijn koning kietelde met aanvalszetjes, terwijl hij zelf rustig verder ging met zijn strategische verwurging. Maar dat dreigde – naar Wim’s eigen zeggen – op een gegeven moment mis te gaan. Roel speelde sowieso een goede partij, lekker actief met zwart. Op zet 25 geeft mijn computer de beruchte waardering 0.00. M.a.w. gelijke kansen, onduidelijk, zoek het lekker zelf uit. Daarna werd het rommelig. Roel speelt 25… De8? met het op zich goede idee van Dg6, hiervan was Wim zodanig onder de indruk dat hij zijn eigen dame terug- en omspeelde, terwijl 26.h4! een computerwaardering van +2.00 geeft. Dat bedoel ik dus, het spel is gewoon te moeilijk voor ons. In de tactische slagwisseling die volgde in de tijdnoodfase had Wim duidelijk de overhand. Hij won een stuk en aan het eind ook nog de dame (1).

Ed (bord 6 met zwart) verloor heel ongelukkig tegen Reinoud Segers (2036). Ik ken Reinoud niet persoonlijk, we zijn ook geen directe familie van elkaar voor zover we weten, maar hij vond het wel leuk om bij aanvang te melden dat zijn zoon Albert heet. Wit speelde vanaf het begin consequent op de geïsoleerde zwarte d-pion. Ed speelde dit prima tegen en had de stelling probleemloos kunnen houden (comp geeft slechts een voordeel van +0.10). Maar in tijdnood deed Ed helaas een actieve zet die tactisch afgestraft werd met pionverlies. Het eindspel was daarna moeilijk te houden, maar stug verdedigen en de beperkte tijd boden zeker nog remisekansen. Het mocht helaas niet zo zijn (0).

Op bord 7 zat het ons weer erg mee. Jan speelde met wit tegen Jan Peter Bogers (1988) en had het zwaar na de opening. Hij verloor een pion waarvoor hij eigenlijk onvoldoende compensatie had. Dat realiseerde Jan zich terdege en speelde daarom zo scherp mogelijk verder, om de zaak zoveel mogelijk te compliceren. Dat is ook echt wel zijn handelsmerk weet ik uit eigen ervaring. Zij tegenstander pakte een tweede pion en werd toen getrakteerd op een sterk torenoffer van Jan wat de partij helemaal deed kantelen. De stelling was eerst nog onduidelijk, maar één foute zet van zwart werd hem direct fataal. Hier kwamen wij dus best goed weg (1).

Albert (bord 8 met zwart) kwam wat moeizaam uit de opening tegen Jessica Derksen-Harmsen (2073), onder haar meisjesnaam bekend als oud-kampioene van Nederland. Hij moest (net als Ed) ook op zoek naar compensatie voor zijn geïsoleerde d-pion. Dat lukte uiteindelijk met enig kunst- en vliegwerk. Waarbij gezegd moet worden dat wit ook niet echt doorpakte. In het toreneindspel stond het gelijk, op één moment na waarin wit in een soort zetdwang was geraakt. Ik had toen eenvoudig een pion kunnen winnen met grote winstkansen, wit had namelijk geen tegenspel. Toen ik die kans jammerlijk miste was het potremise. (½-½)

Door deze nederlaag met 5-3 staan we nu op een gedeelde derde plek, met vijf punten achterstand op koploper VAS. Op de heenweg hadden Erik en ik het er nog over dat we niet meer naar beneden hoefden te kijken dit seizoen, maar alleen omhoog. De grote vraag is waarheen we nu moeten kijken? Naar links en naar rechts misschien? Laten we in elk geval ernaar streven om de broederstrijd met Sliedrecht in ons voordeel te beslechten. Het is ten slotte altijd goed om een sportief doel voor ogen te hebben.

Gelijkspel voor Messemaker 1 in KNSB-competitie

In de derde ronde van de KNSB-competitie moest Messemaker 1 in een thuiswedstrijd aantreden tegen Philidor Leiden, een van de sterkste teams in klasse 2C. De vooruitzichten waren niet zo goed: er moest met diverse invallers gespeeld worden en bovendien had Peter Ypma al in een vooruit gespeelde partij verloren. Maar desondanks slaagde het team erin om een 4-4 gelijkspel te behalen, vooral dankzij het “sterke middenrif” van Ed Roering en Wim Heemskerk die beiden een vol punt scoorden. Ook vermeldenswaard is dat Kees Brinkers, bij een stand 3,5-3,5, als laatste nog heel lang hardnekkig bezig was om een eindspel van Toren tegen Toren+Paard remise te houden, hetgeen na zo’n veertig zetten heen en weer schuiven inderdaad lukte. Al met al een prima prestatie van het team.

Zie voor de detailuitslagen en de standen in klasse 2C de KNSB-website.

KNSB-competitie: verlies voor team 1, winst voor team 2

Zaterdag 8 oktober speelden beide Messaker-teams in de KNSB-competitie een thuiswedstrijd. Voor team 1 was dat haar tweede wedstrijd, voor team 2 de eerste. Team 1 moest tegen het sterke VAS uit Amsterdam en wist het net niet te redden: de uitslag werd 3,5-4,5 voor VAS. Zie het verslag van de Amsterdamse club op VAS-website. Van de wedstrijd van team 2 kregen we onderstaand verslag van Jeroen Eijgelaar. Verder zijn alle detailuitslagen van beide teams (en hun concurrenten) te vinden op de KNSB-website (zie klasse 2C en klasse 5H).

Het 2de KNSB-team is goed uit de start blokken gekomen (door Jeroen Eijgelaar)

Tegen Erasmus 2 heeft Messemaker 2 met 6-2 gewonnen, zonder ook maar één partij te verliezen. Na afwezigheid – door Corona – is dit jaar het tweede team weer opgestart in de KNSB competitie. Ingedeeld in de 5de klasse mochten we gelijk tegen een gelijkwaardige tegenstander aantreden. Een aantal spelers maakten gelijk hun debuut, en deden het meteen goed. Dat belooft wat voor de rest van het seizoen.

Debutant Ivar was als eerste klaar: veel stukken geruild en geen muziek meer in de stelling 0,5-0,5.

Zoran en Simon waren flink ten aanval getrokken, en vrij snel sloeg hun aanval beslissend door: Zoran door de Koning onder vuur te nemen en Simon door de tegenstander vast te zetten op de onderste 2 rijen: 2,5-0,5 .

Zelf  leek ik initiatief te hebben, maar dat viel nog tegen. Twee zetten lang was het zelfs volgens Ome Fritz verloren. Deze zetten kwamen niet op het bord en met remise mocht ik niet klagen (3-1).

Debutant Raphaël speelde een complexe partij waar stukwinst hem de winst opleverde (4-1).

Kopman Kees kreeg geen overwicht en de balans werd niet verstoord en de teamwinst werd zo wel binnengehaald (4,5-1,5).

Debutant Bart, zette de partij voorzichtig op. Langzaam verbeterde hij zijn stelling en voerde de druk op, zijn tegenstaander kon het lang bolwerken, maar bezweek uiteindelijk (5,5-1,5).

Als laatste was Leslie nog bezig. Hij was met pionverlies uit de opening gekomen en een ver opgerukte vrijpion leek hem de das om te doen. Maar middels een knap staaltje verdedigend werk haalde hij alsnog een remise en bepaalde de eindstand op 6-2.

Al met al een iets geflatteerde uitslag, maar we zijn op de goede weg!

BordErasmus 2RatingMessemaker 1847 2RatingUitslag
1Verhoeven, L.J. (Leo)1881Brinkers, C.P. (Kees)1982½ – ½
2Hoenderdaal van ’t, M.J. (Joop)1846Putten van, B.J. (Bart)19360 – 1
3Korte de, J.A. (Jan)1809Eijgelaar, J. (Jeroen)1786½ – ½
4Landsheer, J. (Jeroen)1701Tjoo, T.P. (Leslie)1738½ – ½
5Meerkerk van, J. (Jaap)1713Zekusic, Z. (Zoran)16210 – 1
6Brobbel, J.J.W. (Hans)1656Hamelink, S.A. (Simon)00 – 1
7Neef de, K. (Karel)1591Rothuizen, I.Y. (Ivar)0½ – ½
8As van, C.J. (Cor)1553Willemstein, R.P.D. (Raphaël)12960 – 1
Gemiddelde Rating:1719Gemiddelde Rating:17272-6

Messemaker 1 begint KNSB-competitie met 5-3 overwinning

Messemaker 1 is de KNSB-competitie goed gestart met een 5-3 overwinning op Sliedrecht. Overwinningen waren er voor Peter Scheeren, Albert Segers, Ed Roering en Jan Evengroen, remises voor Peter Ypma en Frans Bottenberg. Alleen de twee topborden (Henk-Jan Evengroen en Erik Hennink) leden een nederlaag.

Alle uitslagen en standen van de KNSB-competitie zijn te vinden op de KNSB-website (Messemaker speelt in klasse 2C).

Messemaker-team wint in KNSB-competitie en is nu veilig

(verslag door Jeroen Eijgelaar)

Peter Scheeren (1, zwart) had op verzoek van de combinatie 1 al vooruit gespeeld op onze clubavond (maandag 9 mei). Al was ik hier zelf niet bij heb ik het volgende gehoord over deze partij: “Na een vroeg remise aanbod in de partij besloot Peter toch door te spelen. Een toreneindspel werd vakkundig naar de winst uitgespeeld.”

Op de wedstrijddag stonden we dus al met 1-0 voor. Het ging nog ergens om,  het was nl. bijna een rechtstreeks degradatieduel. Bij winst konden beide teams zich zo goed als zeker handhaven, en anders zou het van de laatste inhaalwedstrijd gaan afhangen.

De tegenstander had in de overige wedstijden ook al met ad-random opstellingen gespeeld. Mede hierdoor had teamleider Jan had een creatieve opstelling bedacht.

Wat mij opviel in de wedstijd was het wel of niet slaan op b2/b7 bij 3 borden.

14:20 uur 2-0: Jan Evengroen (7, zwart) was als eerste klaar. In een Franse opening kon hij met Txg2+ beslissend voordeel krijgen en stukwinst volgde. Even hiervoor miste zijn tegenstander nog wel een mooie zet waarmee hij Jan in het nauw had kunnen drijven.

14:30 uur 2,5-0,5: Erik Hennink (4, wit) kreeg een remiseaanbod in het middenspel. De stelling taxeerde ik als iets voordeliger voor Erik. Gezien de stand op de overige borden, waar we over het algemeen wel goed stonden, nam hij in overleg dit aanbod wel aan.

15:03 uur 3,5-0,5: Henk Jan Evengroen (5, zwart) zat op rozen toen hij zijn tegenstander tot Kf1 “dwong”. De Toren op h1 stond daarmee buitenspel. Na binnenkomen “zonder-te-kloppen” op de tweede rij met de toren was het vrij snel gedaan.

Om 15:25 uur was de teamwinst al binnen: 4,5-0,5. Ed Roering (6, wit) was gevraagd om  te komen opdraven om het team van degradatie af te houden. Na een zet of tien stonden vrijwel alle stukken en pionnen nog in de beginstelling. Ed liet de mogelijkheid van Txb2 toe, welke niet uitgevoerd werd. Of dit wel of niet een juiste zet zou zijn was mij niet duidelijk. Op zet 18 was de bedenktijd van zijn tegenstander al flink geslonken naar 11 minuten en op zet 24 had hij nog maar één minuut. In deze tijdnood zag hij de juiste voortzetting niet meer en kreeg Ed het punt “kado”.

15:30 uur 4,5-1,5: Frans Bottenberg (3, zwart) speelde Frans. De gespeelde variant was dezelfde als enige weken eerder in de interne competitie tegen Erik. Hier werd door zowel Erik als ook nu Txb7 gespeeld. Het zag er op het eerste gezicht “eng” uit, maar Frans weet hoe hij deze variant moet spelen. In een gelijk opgaand eindspel miste Frans echter de zet Th3 van zijn tegenstander, waardoor zijn koningspionnen opgeraapt werden. De koning werd even later omgelegd.

15:33 uur 5,5-1,5: Ook Peter Ypma (8, wit) kon de rokade van zijn tegenstander verhinderen en met actief stukkenspel een stuk vóór komen, ten koste van twee pionnen. Er moest nog wel in het eindspel nauwkeurig gespeeld worden alvorens het punt binnen gehaald kon worden.

We moesten nu bijna nog een uur wachten op Kees Brinkers (2, wit). Om 16:23 uur werd de eindstand op 5,5-2,5 bepaald.  Kees kreeg Dxb2 voor zijn kiezen, ook hier kon ik niet zien of dit nu wel of niet correct was. Kees had het goed gezien en met een kwaliteitsoffer raapte hij nog een stuk op. Het ging naar een eindspel toe van D+L+P+pion tegen D+T+3 pionnen. Maar na een aantal schaakjes werd Kees pardoes mat gezet.

Nadat het bericht kwam dat Zuid-Limburg had verloren, was de degradatie 100% afgewend.

Zie de detailuitslagen op de KNSB-website (kijk hier naar klasse 2D).

Opnieuw minimale nederlaag voor Messemaker in KNSB-competitie

Opnieuw heeft het KNSB-team van Messemaker in een verre uitwedstrijd een minimale nederlaag geleden: deze keer trok thuisclub Het Witte Paard uit Sas van Gent aan het langste eind. Nodig was dit zeker niet: Messemaker leek lange tijd op winst  af te stevenen en toen dat niet meer mogelijk was leek het uit te lopen op een 4-4 gelijkspel. Maar ondergetekende gaf in de laatste partij de uitslag onbedoeld een verrassende wending door in een iets beter staand eindspel een dame weg te geven……… Grrrrrrrr!

Messemaker is hierdoor met nog 2 ronden te spelen nog steeds niet veilig tegen degradatie uit poule 2D, zie de stand op de KNSB-website.

Peter Scheeren